ConflictRwanda

De Economische Achtergrond


De Tutsi's werden dus eerst voorgetrokken door de Belgen. Maar daarna kwamen de Hutu’s in opstand tegen de grote politieke en economische macht van de Tutsi’s en probeerden de macht terug te krijgen met grote slachtpartijen.

De Hutu’s maken 90% uit van de bevolking, hun belangrijkste middel van bestaan is de landbouw. Voor de Tutsi's is dat veeteelt. Zij zijn niet het meest rijke volk in Rwanda, dat zijn de Tutsi’s. Helemaal onderaan de maatschappelijke ladder staat het officiële volk van Rwanda, dat zijn de Twa’s.

In 1973 vond er een geweldloze staatsgreep plaats door de stafchef van het leger en werd de Tweede Republiek uitgeroepen.  Het doel van die staatsgreep was om het land er economisch weer bovenop te helpen. Twee jaar later werd de Economische Gemeenschap van de Grote Meren gesloten door Rwanda, Burundi en Zaïre (wat nu Congo heet). Ook mochten de Tutsi’s vanaf nu 14% van alle banen in de moderne sectoren bezetten.

Na 1975 stond Rwanda open voor investeringen van buitenlandse ondernemingen. De regering werkte samen met buitenlandse ondernemingen aan verschillende langdurige ontwikkelingsplannen. Bij het 3e ontwikkelingsplan  -van 1982 tot 1986- was het de bedoeling om de landbouw te moderniseren en daardoor de voedselproductie te verhogen. Ook alle economische betrekkingen met het buitenland moesten worden verbeterd. Ruim 90% procent van de bevolking werkte in de landbouw, maar nog geen 4% werd ervoor betaald. Vele inwoners trokken daardoor van het platteland naar de stad, met hoop om daar een goede baan te vinden. Maar door het gebrek aan scholing kwamen de meesten niet in aanmerking voor een baan. De grootte van de geschikte landbouwgrond in Rwanda is (voor ons in ieder geval) niet bekend.

Na verloop van tijd was het regime niet meer wat het was. Door de afhankelijkheid aan andere landen zag men niet dat het regime aan metaalmoeheid begon te leiden. Er heerste hongersnood, er braken een reeks politieke schandalen uit en de koffieprijzen stortten in.
Dit was een grote ramp, want
de Rwandese economie steunt voornamelijk op het platteland met meer dan 90% van de beroepsbevolking actief in de landbouwsector (goed voor ongeveer 40% van het BNP). Het belang van de landbouw maakt de economie zeer afhankelijk van de weersomstandigheden. Thee en koffie zijn goed voor ongeveer 60% van de uitvoer.

Na de volkerenmoord in Rwanda, na 1994, functioneert het land opvallend goed. Na deze gruwelijke burgeroorlog draait er in elke gemeenschap opnieuw een gezondheidscentrum, de velden worden bewerkt en overal functioneren er scholen. Dit is te danken aan zowel de Rwandese regering, als aan de inspanningen van de internationale organisaties.

De Tutsi-minderheid heeft meer rechten dan de Hutu-meerderheid. De Tutsi’s hebben steeds regering en leger gedomineerd. Ook in economisch, maatschappelijk en militair opzicht domineren de Tutsi’s. Zij zijn de bazen en de Hutu’s zijn de knechten.


Tot de 17e eeuw was er grond genoeg en leefden de akkerbouwers en de veehouders vreedzaam naast elkaar. De Hutu’s hadden de akkerbouw en de Tutsi’s de veehouderij. Daarna volgde er een strijd tussen de Hutu’s en de Tutsi’s door de steeds schaarser wordende grond. De Tutsi’s slaagden erin de Hutu-meerderheid te onderwerpen, waardoor de Hutu’s grotere stukken grond toe-eigenden. Een gedeelte van de Hutu-akkerbouwers werd door pachtcontracten afhankelijk van de Tutsi-veeboeren.

Momenteel verkeerd de economie van Rwanda in een crisis. Er is gebrek aan buitenlands geld en er heerst grote werkeloosheid. De landbouw heeft 3 jaren achter elkaar last gehad van een gebrek aan regen. Ook de rebellenaanslagen in sommige gebieden doen de landbouw geen goed. Door de slechte oogsten, door droogte, is er een voedselgebrek ontstaan. Op dit moment zijn er bijna een miljoen personen afhankelijk van voedselhulp. 68% van de bevolking, met name op het platteland, leeft onder de armoedegrens.

Conclusie: De Hutu's hebben een groter volk, maar ze zijn minder rijk dan de Tutsi's. Onder meer daarom begon de genocide in 1994. Op dit moment zijn  beide volken erg arm, omdat de economie in een crisis verkeerd. Het land is erg afhankelijk van de koffie- en thee-export.



Bekijk de Culturele of Politieke Factoren